Na weken schrijven over de zomer of niet schrijven wordt het tijd het weer eens over het heden te gaan hebben. Ik beloof daarmee niet dat de zomer nooit meer voorbijkomt want ik heb nog steeds wat archiefkastjes open te trekken maar wel dat de mensen die geïnteresseerd zijn in het leven van een tweedejaars studente in Utrecht buiten haar vakanties om (of gewoon in mij) hun hart op kunnen halen. Die gedachte aan een persoonlijke blog over mijn dagelijks leven voelde opeens zo oldschool aan dat ik onderstaande webcamfoto’s wel toepasselijk vond.
Dat heeft er overigens ook mee te maken dat het herfst is, en dat ik een week vrij heb en dus uit mijn normale ritme ben, en dat de wintertijd net in is gegaan. Mijn slaapritme lijdt daar allesbehalve onder maar ik word verdorie zo sentimenteel van dat hele plotselinge donker. Die onnatuurlijke setback van de zonsondergang geeft me altijd een beetje het gevoel dat ik ook niet helemaal in charge ben en omdat het zo ongeleidelijk gaat kan ik er ook gewoon niets aan doen dat ik een week lang met herinneringen aan vorige jaren rondloop; dat voelt dan opeens veel dichterbij dan vorige week, toen het pas om half zeven donker werd. Maar quick little reminder to self: het is nu, geen vorig jaar, en ik denk eigenlijk dat ik nu wel eens leuker kan vinden dan vorig jaar. Misschien zelfs leuker dan het jaar daarvoor. Het liefst had ik jullie semi-live en uitgebreid verteld over elke leuke week met kwaliteitsblogjes maar zo werkt het/mijn leven gewoon heel vaak niet en daarom loods ik jullie nu met de allerleukste kiekjes door mijn oktober (en een klein beetje november) heen.
Het is zomer geweest. Dat was qua temperaturen misschien niet altijd te merken, maar wel qua vrijheid: van 15 juni tot 7 september had ik in elk geval op de universiteit niets te zoeken. Ik heb in plaats daarvan weken in Slovenië en Italië doorgebracht, maar evengoed in Rotterdam en Utrecht. Die zijn op mijn blog tot nog toe onbelicht gebleven, terwijl ze evengoed (of misschien zelfs meer) symbool stonden voor zelfontwikkeling, vrijheid en zorgeloosheid. Ik kon een maand lang dingen doen die ik leuk vond met de reden dat ik ze leuk vond en zo simpel was het dan. Om dat gevoel nog even vast te kunnen houden: een driepuntssamenvatting van mijn augustus.
Ik zag vrienden van vroeger en van nu, van Utrecht en van thuis. Tussen mijn twee vakanties door hield ik een meet-up die een dag duurde met Niels waar we ons volgooiden bij de Lof der Zoetheid, over de kassen en velden van Bleiswijk en omstreken tegen de skyline van Rotterdam aankeken en borrelden bij Waalhaven (naast de landingsbanen van Rotterdam Airport). Na mijn dispuutsvakantie had ik nog vier weken augustus over en die heb ik vrij effectief benut. Ik zag Paterson op de Pleinbioscoop in Rotterdam met een vriend waarbij ik ongeveer vernikkelde van de kou (ondanks mijn campingoutfit) maar dat gelukkig niets afdeed aan de ervaring, er was een schoonmaakdag in mijn huis in Utrecht die eindigden met Frederique en ik die de kast die we zelf in mijn auto hadden vervoerd ook zelf in elkaar zetten om negen uur ’s avonds en er was een tweede IKEA-diner in een week, dit keer met mijn zus die wat nodig had.
Niet afgelopen zondag, want ondanks dat ik die ’s avonds alsnog buiten spendeerde aan onze tuintafel bevond ‘ie zich in een opeenvolging van dagen die ik niet snel met de zomer associeer. Mijn zonnige zomerzondag was de eerste van juni, toen ik mijn eerste week werken er op had zitten en mijn weekend pas echt goed waardeerde. Het afgelopen jaar heb ik dat eigenlijk niet zo gedaan omdat ik doordeweekse dagen juist heel chill vond op school met iedereen en mezelf regelmatig een middagje vrij gunde, of een keer een ochtendje kon uitslapen. Er zat dus niet zo’n wezenlijk verschil tussen maandag tot en met vrijdag en zaterdag en zondag (overigens ook omdat schoolwerk in het weekend in principe gewoon doorging, al deed ik er dan nooit zoveel aan) tot ik vijftig uur op mijn werk en in de metro had gespendeerd binnen vijf dagen. Dat betekent niet per se dat ik daar een hekel aan heb (goeie grap zou dat zijn) maar wel dat twee dagen weekend als een soort kleine vakantie voelden, als een enorme vrijheid bovendien.
De weersvoorspelling was beyond goed en dus fietste ik op zondagmiddag in mijn zomerste outfit in tijden naar Marolise en daarna naar een plas in de buurt. Ik wilde stiekem heel graag zwemmen, maar eer we op plaats van bestemming neergestreken waren was het natuurlijk al het eind van de middag en niet bepaald aangenaam om meer dan je voeten aan de watertemperatuur te laten wennen. In plaats daarvan lagen we op het gras terwijl ik zelfmeegebrachte bekertjes water inschonk en distribueerde en Mar foto’s schoot en we praatten. ‘Thuis’ troffen we onder andere de lekkerste zalm in tijden aan in een zonovergoten achtertuin, en vingen we de laatste zonnestraaltjes op op Marolises balkon tussen kussens en onder dekentjes. Voor de verandering genoot ik wel van aardbeien, misschien omdat Niels ze zomerkoninkjes noemde, en zelfs van alcohol. Niet zo gek als het een fancy looking glas met Spa Rood, limoncello, komkommerreepjes en munt is.
Met eigenlijk veel te blote benen voor een juni-avond nadat de zon onder is gegaan stapte ik op mijn fiets naar huis zonder het koud te hebben. Ik ervoor die dag wat het precieze nut is van ontspanning, en vooral ook hoe je echt kan opladen in een weekend.