Zonnige zomerzondagen

Niet afgelopen zondag, want ondanks dat ik die ’s avonds alsnog buiten spendeerde aan onze tuintafel bevond ‘ie zich in een opeenvolging van dagen die ik niet snel met de zomer associeer. Mijn zonnige zomerzondag was de eerste van juni, toen ik mijn eerste week werken er op had zitten en mijn weekend pas echt goed waardeerde. Het afgelopen jaar heb ik dat eigenlijk niet zo gedaan omdat ik doordeweekse dagen juist heel chill vond op school met iedereen en mezelf regelmatig een middagje vrij gunde, of een keer een ochtendje kon uitslapen. Er zat dus niet zo’n wezenlijk verschil tussen maandag tot en met vrijdag en zaterdag en zondag (overigens ook omdat schoolwerk in het weekend in principe gewoon doorging, al deed ik er dan nooit zoveel aan) tot ik vijftig uur op mijn werk en in de metro had gespendeerd binnen vijf dagen. Dat betekent niet per se dat ik daar een hekel aan heb (goeie grap zou dat zijn) maar wel dat twee dagen weekend als een soort kleine vakantie voelden, als een enorme vrijheid bovendien.

De weersvoorspelling was beyond goed en dus fietste ik op zondagmiddag in mijn zomerste outfit in tijden naar Marolise en daarna naar een plas in de buurt. Ik wilde stiekem heel graag zwemmen, maar eer we op plaats van bestemming neergestreken waren was het natuurlijk al het eind van de middag en niet bepaald aangenaam om meer dan je voeten aan de watertemperatuur te laten wennen. In plaats daarvan lagen we op het gras terwijl ik zelfmeegebrachte bekertjes water inschonk en distribueerde en Mar foto’s schoot en we praatten. ‘Thuis’ troffen we onder andere de lekkerste zalm in tijden aan in een zonovergoten achtertuin, en vingen we de laatste zonnestraaltjes op op Marolises balkon tussen kussens en onder dekentjes. Voor de verandering genoot ik wel van aardbeien, misschien omdat Niels ze zomerkoninkjes noemde, en zelfs van alcohol. Niet zo gek als het een fancy looking glas met Spa Rood, limoncello, komkommerreepjes en munt is.

Met eigenlijk veel te blote benen voor een juni-avond nadat de zon onder is gegaan stapte ik op mijn fiets naar huis zonder het koud te hebben. Ik ervoor die dag wat het precieze nut is van ontspanning, en vooral ook hoe je echt kan opladen in een weekend.

IMG_5047b

(meer…)

Een zaterdag van zogenaamde zomer

Zaterdagmiddag, half twee. Na een hoop dagen waarop het ongetwijfeld warm aanvoelde als je met haast ergens naartoe fietste, maar het veel te fris was om ook daadwerkelijk buiten te gaan zitten in de tuin en ik mijn tijd dus voornamelijk binnen had gespendeerd, was de zon opeens verrassend aanwezig. Dat merkte ik op toen ik in de tuinstoel in de tuin zat met een boek omdat mijn moeder me op het hart gedrukt had ‘dat dat goed voor me zou zijn’ (iets met vitamine D en vooral veel overbezorgdheid van haar kant nadat ik de kachel aan had gezet op mijn kamer). Niet veel later besloot ik zelfs dat het toch echt té warm werd en dus lag mijn zwarte broek binnen no time over de rugleuning van een eettafelstoel in de huiskamer. Dan zijn die véél te lange hemdjes van H&M Divided toch nog ergens goed voor. Toen een vriend me, na het zien van een Snapchat van mijn blote benen, vroeg ‘wat ik dan wel niet ging dragen in de zomer’ als ik het nu al zo warm vond, keek ik even raar op. Was het echt nog geen zomer dan?

Natuurlijk wist ik dat stiekem wel, maar ik waande me liever even in een zorgeloze, zonovergoten zomervakantie. Omdat dat precies was wat ik nodig had. De zomer bestond in het boek dat ik las en waarvan het plot zo flinterdun is als een luchtig zomerjurkje – ik had iets meer inhoud verwacht, maar niets bleek minder waar; gelukkig is het toch nog prima leesvoer -, in de overduidelijke barbecuegeur rond middaguur, in het motorritje dat ik achterop pappa’s nieuwe motor (een Honda VFR) maakte waarbij mijn hoofd volledig leeg waaide met 130 kilometer per uur op de snelweg, in de zomerse kleuren van de groentes, in mijn benen die ik eigenlijk al verrekte bruin vond (nadat ik de foto’s iets bewerkt had), in de zon die een gouden gloed wierp over de voorbij gegleden dag. Pas toen de zon, gepaard met helderrood, onze kant van de hemel definitief verliet en ik er maar een glimp van opving omdat overal bomen en huizen stonden die mijn uitzicht belemmerden, realiseerde ik me dat ik nog niet op een of andere verre vakantiebestemming was.

Gelukkig had ik toen een zelfgemaakte kwarktaart en een slechte (kerst)film als troost, en een hoop foto’s als herinnering aan deze so-called summer Saturday.