Waarom we soms blijven hangen in ’the good old times’

‘Vroeger was alles beter’ lijkt een uitspraak die vooral bij oudere mensen past, maar in principe zou ‘ie door iedereen die een beetje in het verleden leeft uitgesproken kunnen worden. Ook als je jong(er) bent, kun je je – ongemerkt – bij alles wat je doet laten beïnvloeden door personen waar je nu allang niet meer zo close mee bent, of door andere factoren uit je leven van een tijdje terug. Als je toen gelukkig was lijkt dat immers dé manier om dat vast te houden. Met plezier op je verleden terugkijken is hartstikke positief, maar af en toe blijven we iets te veel hangen in ’the good old times’. 

Veranderingen kun je niet tegenhouden, maar wij mensen willen het soms maar al te graag. We zijn, naast kuddedieren die het liefst achter de grote massa aanlopen omdat dat meestal de makkelijkste weg is (waarom zou iedereen ‘m anders nemen?), ook nog hartstikke risico-avers. Als we iets – een manier van leven, een bepaalde hobby, een persoon – hebben gevonden wat ‘werkt’ en ons dus gelukkig maakt, dan houden we daar het liefste aan vast. Niets mis mee, totdat je een paar maanden (of jaren, of welk tijdsbestek dan ook) verder bent en er een aantal dingen veranderd zijn in je leven. Jij hebt nieuwe ervaringen opgedaan, misschien heb je wel een andere thuissituatie, baan of opleiding, en de mensen om je heen zijn óók veranderd. Soms zijn dit maar heel kleine, subtiele veranderingen, maar dan kunnen ze alsnog grotere veranderingen in ons leven veroorzaken.

(meer…)

You’re never fully dressed without a smile

Ik wilde eerst voor de bekende ‘A smile is the prettiest thing you can wear’-quote gaan, tot ik het nieuwste nummer van Sia tegenkwam (een remake van een nummer uit de oude Annie-film, zo bleek later). Een andere verwoording van dezelfde boodschap: het maakt niet uit wat voor geweldige outfit je aan hebt of hoe mooi je make-up zit, zonder glimlach op je gezicht zal het altijd ‘onaf’ blijven. Die spreekwoordelijke lach bestaat niet altijd uit een wijdopen mond of een schaterlach, maar ook uit de levenslust die zelfs in je ogen te zien is als je met iets bloedserieus’ bezig bent. Iets wat je niet expres doet en ook niet kan faken, maar je er wel opeens heel goed uit laat zien en positiviteit uit doet stralen.  

In de periode(s) dat ik minder goed in mijn vel zat, leek de spiegel opeens een stukje minder aardig voor me. Mijn make-up leek minder goed te zitten, mijn kleding complimenteerde mijn lichaam niet meer, mijn haar viel lijzig langs mijn gezicht en mijn mondhoeken hingen naar beneden. En dat terwijl ik gewoon hetzelfde droeg en deed als normaal! Op zulke momenten beland je bijna in een vicieuze cirkel van je niet fijn voelen, je niet mooi voelen, je nog minder fijn voelen et cetera. Tot ik op een gegeven moment weer in de spiegel keek en een glim van een glimlach op mijn gezicht opving. Ho, wacht – dat maakt een groot verschil. Pas toen had ik door dat ik al die tijd met een uitdrukkingsloos gezicht – het maakte me immers allemaal wat minder uit – in de spiegel had gekeken (en rond had gelopen) en dat dat véél meer verschil maakt dan ik in eerste instantie dacht.

(meer…)

Het verrassingseffect bij introverte mensen

Op Facebook en Twitter zie ik de zin ‘I’m shy at first, but once I get comfortable with you, get ready for some crazy shit’ maar al te vaak in mijn timeline voorbij komen doordat één van mijn vrienden de status geliked heeft. Dat heb ik waarschijnlijk ook wel eens gedaan, want ook ik herken me hierin, maar de laatste tijd krijg ik elke keer een wrang gevoel als ik iets in die trant weer eens voorbij zie komen. Want als je zoiets liked… Is dat dan stiekem niet ook om aan je Facebookvrienden – die jou niet allemaal goed kennen – te laten weten dat je echt niet zo verlegen en saai bent als ze denken, maar dat je bij je vrienden juist een hartstikke leuk persoon bent? En is het bovendien niet gewoon een manier om je te verontschuldigen voor je introversie?

Ik heb mezelf jarenlang omgeschreven als ‘rustig op het eerste gezicht, maar aanwezig als je me eenmaal goed kent’. Die beschrijving klopt nog steeds, maar tegenwoordig weet ik het simpel samen te vatten in één woord: introvert. Ik heb me altijd al goed kunnen vermaken in mijn eentje; vroeger was ik uren zoet met een boek, tegenwoordig kan ik de hele dag op mijn kamer zitten achter mijn laptop. Tijd voor of met mezelf vind ik simpelweg dan ook heel prettig en als ik een heel gezellig weekend heb gehad, ben ik daarna altijd weer blij als ik even een uurtje op mijn kamer kan zijn, zonder mensen om me heen. Dat komt doordat ik energie krijg van het verwerken van mijn ideeën, van het analyseren van mijn ervaringen, van verbanden leggen tussen gebeurtenissen en van dingen leren. Daarnaast zit mijn hoofd altijd vol gedachtes, kan ik me goed inleven, ben ik nieuwsgierig en word ik heel blij van goede gesprekken over diepere onderwerpen. Pas toen ik één keer het woord ‘introvert’ door Google haalde, wist ik het – verbaasd door de herkenning – zeker: ik ben een introvert persoon.

(meer…)

Gewoon ambitieus… of bewijsdrang?

‘Ambitieus zijn’ vind ik altijd een lastige karaktereigenschap als het over mijzelf gaat. Aan de ene kant vind ik hem heel erg passend, maar aan de andere kant ben ik juist soms ook gewoon te lui om iets perfect uit te voeren en helemaal tot het einde te gaan, of gewoon tevreden met iets minder dan perfect. Het maakt eigenlijk nogal uit waar het mee te maken heeft; vaak maak ik namelijk wel een soort afweging in mijn hoofd om erachter te komen of ik het überhaupt de moeite waard vind om zoveel energie in te steken, of dat het me te weinig oplevert. Meestal ga ik dus voor een iets neutralere term als ‘doelgericht’ om dat deel van mijn karakter te beschrijven, maar deze keer kies ik toch voor ‘ambitieus’… namelijk in combinatie met (of eigenlijk tegenover) bewijsdrang.

Eén van mijn theorieën die ik graag en vaak toepas in mijn dagelijks leven is ‘als je het doet, moet je het ook goed doen’. Ik houd niet van half werk, dus ga ik ergens voor, dan zet ik me daar vaak ook écht voor in. Wat dat betreft ben ik dan ook veel meer een leider dan een volger. Zet mij in een groepje voor een project en ik neem het grootste deel van het werk op me, omdat ik het dan liever zelf doe, zodat ik zeker weet dat het goed (of in elk geval naar mijn wens) gebeurt. Ik heb wel een paar vriendinnen met wie ik goed kan samenwerken, maar dan nog vind ik het altijd lastig om ze werk toe te vertrouwen. Zodra ik in een groepje zit met anderen van wie ik minder goed weet hoe zij hun werk doen, komt aan het licht hoe slecht ik eigenlijk ben in samenwerken. Niet dat die anderen dat dan heel erg vinden (want die hoeven niets meer te doen, haha), en eigenlijk vind ik het dan uiteindelijk ook niet zo erg. Ik heb nou eenmaal geen zesjesmentaliteit en werk dan liever zelf wat harder voor een beter resultaat, dan dat ik een beetje niets doe en niet het gewenste resultaat bereik.

(meer…)

Jezelf aan anderen verliezen

Het liefste behouden we ons goede imago en zorgen we ervoor dat wat we doen in goede aarde valt bij de mensen om ons heen. Of we die mensen nu goed kennen of niet: uiteindelijk wil niemand dat er kwaad over je wordt gesproken, dat je anderen teleurstelt of dat je ruzie uitlokt. Natuurlijk maakt het wel uit hoe goed je diegene kent. Bij vreemden of vage bekenden waar ik verder geen echte band mee heb, sta ik vaak best wel op mijn strepen. Het klinkt misschien hard, maar om die mensen geef ik nou eenmaal minder en als ik geen goede band/relatie met ze heb, hebben mijn keuzes daar ook geen invloed op en kies ik dus makkelijker voor mezelf. Maar wat nou als je zowel jezelf als de ander gelukkig wil maken? Hoe blijf je dan nog dicht bij jezelf?

Niet, is in veel gevallen het antwoord. Dat is de ene keer negatiever dan de andere keer. Jezelf een beetje verliezen kan goed zijn, in de zin van jezelf helemaal openstellen en iemand écht bij je binnen laten zonder muren op te trekken zodra diegene dichtbij komt. Als je zeker weet dat het goed zit tussen jou en de ander (en dit gaat waarschijnlijk in 50% van de gevallen over een liefdesrelatie, maar is net zo bij vriendschappen en andere relaties) én het komt van beide kanten, dan kan het best goed zijn om closer te worden door niet altijd jezelf als belangrijkste persoon te zien, maar ook juist een stukje van je eigen verwachtingen los te laten en je af en toe aan te passen aan de wensen van de ander. Over het algemeen betekent ‘jezelf aan anderen verliezen’ echter niet veel goeds. De quote don’t lose yourself just because you found somebody bestaat niet voor niets: jij bent de stabiele factor in je leven, en juist in die relatie ben jíj essentieel. Dan kun je jezelf niet zomaar laten gaan.

(meer…)

De beautyblogrevolutie

Bloggen is een fenomeen. Hoewel er vandaag nog een tekst in mijn Nederlands leestoets zat die bloggers omschreef als ‘de niksers die staan te juichen bij de dood van de gecentraliseerde kennisstructuren’ (www.ikhebaltijdgelijk.nl door Warna Oosterbaan, hier terug te lezen), zijn er in de afgelopen jaren ook juist heel veel positieve ontwikkelingen geweest en hebben ‘we’ als blogcommunity al een hoop dingen bereikt. Bloggen ging van hobby naar baan en van het bezet houden van onbeduidend stukje internet naar het verspreiden van informatie. Niet iedereen is er even blij mee, maar blogs zijn toch wel een serieus medium geworden.

Naast die professionele doeleinden wordt er natuurlijk ook nog gewoon een hoop geblogd voor de lol, vooral als we kijken naar de ‘beautyblogcommunity’. Beautyblog is in dit geval geen representatieve naam, want ik heb het ook over alle food-, lifestyle-, travel-, mommy-  en fashionblogs, maar ik denk dat de beautyblogs wel het eerst waren met dit ‘serieus hobbybloggen’ en dus gebruik ik die benaming even. We hebben onder andere Mascha en Cynthia zich, al schrijvend, op zien werken van make-upliefhebbende tiener naar full time beautyblogger met een groot bereik en – ook al gaat het hier natuurlijk niet om, het geeft in zekere zin wel aan hoeveel succes je hebt – een volwaardig salaris. Toen dat mogelijk bleek, volgden er al snel meer meiden en vrouwen met een passie voor make-up. En of we elkaar nou als concurrentie zien of niet: uiteindelijk wil jij er toch uitspringen. Hoe meer blogs er zijn, hoe belangrijker dat immers is. Bloggen was niet meer alleen een snel verhaaltje typen inclusief smileys en een foto met je telefoon alsof je het zo even naar een vriendin WhatsAppt (of sms’de, toen), maar er werd geïnvesteerd in een camera, tijd besteed aan een lay-out en extra goed op spelling gelet.

dit is het slappe aftreksel van deze foto van Mariska. Ik vind het idee heel vet en ook wel een soort van vrijheid uitstralen ofzo – vandaar in dit artikel -, maar ik moet (een variatie erop) nog een keer echt goed uitwerken, haha

(meer…)

Fotograferen is meer

Dat je met een spiegelreflex mooiere foto’s kan maken dan met een compactcamera is volgens mij voor niemand een verrassing. Ik heb eens precies dezelfde foto gemaakt met mijn Canon 600D en een Panasonic compactcamera en ondanks het feit dat ik toen nog op de automatische stand fotografeerde, was het verschil al onwijs groot. Er zit meer diepte in, de kleuren zijn echter en de kwaliteit is een stuk beter, gewoon omdat er van een heel andere techniek gebruikt wordt gemaakt. Toen ik mijn camera kocht was dat een beetje de achterliggende gedachte: ik wilde foto’s van betere kwaliteit, en dus begon ik met een goede camera. Pas een jaar na aankoop kreeg ik het echte fotograferen een beetje in de vingers.

Er wordt altijd gezegd dat een goede fotograaf met een simpele camera een betere foto oplevert dan een onderontwikkelde fotograaf met een enorm goed toestel. Ik heb een beetje moeite met deze uitspraak, omdat je als fotograaf wel heel goed kan weten hoe je de mooiste foto krijgt, maar op bijvoorbeeld een compactcamera gewoon niet de mogelijkheid hebt om dat zelf in te stellen. Natuurlijk scheelt het wel dat je dan meer ervaring hebt qua perspectieven en er een beter oog voor hebt, maar ik kan me meer vinden in de andere kant van het verhaal: een slechte fotograaf met een goede camera garandeert werkelijk niets. Ik heb ongeveer het eerste halfjaar op de automatische stand gefotografeerd en als je een goede camera hebt, levert dat vanzelf redelijke foto’s op, totdat je een keer totaal niet het effect krijgt dat je in je hoofd had, de kleuren heel anders overkomen op beeld of je in het donker moet fotograferen en met sluitertijden van 8 secondes zit.

(meer…)