Vijfhonderd pagina’s

Ik lees tegenwoordig amper boeken. Dat staat in schril contrast met een jaar of drie (en meer) terug, toen ik gemiddeld makkelijk een boek per week las, maar toen zwom ik dan ook zo’n beetje in de rust en de vrije tijd en bovendien hoefde ik toen misschien één boek per jaar te lezen voor school (die ik dan ook nog eens zelf uit mocht kiezen). Als ik nu begin in een boek mag ik allang blij zijn als ik ‘m uit heb voor de boete bij m’n bibliotheek echt onacceptabel hoog is geworden, maar meestal ben ik ergens op pagina 100 gestrand als ik me realiseer dat dit eigenlijk het moment is om te beginnen aan een verplicht boek. Er zijn weinig dingen die ik meer haat dan twee of meer boeken door elkaar heen lezen (principieel dingetje) en vaak begin ik er dus al niet eens meer aan om puur op eigen initiatief te lezen. In plaats daarvan lees ik wél altijd netjes de vijf boeken per jaar van Nederlands voor ik een leesverslag in elkaar flans en zelfs voor die drie Engelse boeken per jaar maak ik uitgebreid tijd voor ik de toets maak. Want eerlijk? Ik vind lezen nog steeds fantastisch.

Eén van de hoofdredenen waarom ik er tegenwoordig ook geen extra tijd meer voor maak, is dat ik het idee heb dat lezen niet echt in mijn levensstijl past. Dat klinkt misschien raar, maar lezen is nou eenmaal een van de meest afgezonderde en antisociale hobby’s die ik ken; ik kan bijvoorbeeld slecht lezen als de tv of de radio aanstaat in dezelfde ruimte en zelfs met mensen in dezelfde ruimte heb ik al moeite, aangezien die – als ze zelf niet aan het lezen zijn – vaak de neiging hebben om opeens te lachen, iets te laten vallen of een opmerking te maken en me daarbij weer volledig uit mijn concentratie halen. Beneden lezen zit er voor mij dan ook gewoon niet in: het liefst trek ik me terug op m’n kamer, gooi ik een paar kussens op m’n bed en leg ik m’n telefoon op niet storen op m’n bureau voor ik überhaupt aan de eerste bladzijde van een boek begin, omdat ik weet dat het anders toch niet werkt.

Vijfhonderd pagina's (2)

(meer…)

Ik keek Kingsman: The Secret Service en las Split

Eigenlijk was ik in deze paar dagen van afwezigheid op mijn blog vooral bezig met school en de toetsweek, maar daarover later meer (al ben ik bang dat er ook nog wel meer dagen van afwezigheid komen). Wat ik namelijk ook deed was Kingsman: The Secret Service kijken, vorige week vrijdag toen het zo ontzettend heet was en ik met een aantal vrienden na een zonnige barbecue in de tuin op de bank in de huiskamer belandde, en toen ik me later die week realiseerde dat mijn acht biebboeken al bijna een maand geleden terug hadden gemoeten besloot ik Split van Swati Avasthi ook maar heel snel uit te lezen. Mijn strategie van een paar maanden geleden was ‘niet aan boeken beginnen, want je hebt toch geen tijd om ze te lezen’, tegenwoordig begin ik er gewoon aan en dan is de kans veel groter dat ik er uiteindelijk toch tijd voor vrijmaak. Dat is eigenlijk wel zo prettig, want ik ben geen persoon die zonder boeken zou moeten leven – iets dat Split ook weer even bewees. Voor Kingsman geldt ongeveer hetzelfde, want daarvan keek ik het laatste halfuurtje dat ik op die bewuste vrijdagavond nog niet had gezien alsnog terug op zondagavond en dus vind ik het tijd worden dat ik er hier wat meer over zeg.

Ik kijk regelmatig films met vrienden (als in: jongens) en dus ben ik in de afgelopen twee jaar al een heel aantal keer afgeweken van het standaard type romcom of chickflick. Van die films geniet ik nog steeds, maar ik wissel ze nu regelmatig af met films die echt een sterk verhaal vertellen (Boyhood, La Famille Bélier) en dit soort actiefilms. Of nouja, ‘dit soort’: Kingsman is eigenlijk wel vrij uniek. De film vertelt het verhaal van Gary, een Britse straatjongen wiens stiefvader zijn moeder mishandelt, die onder de vleugels van Harry Hart wordt genomen vanwege een ‘niet-ingeloste’ oude schuld (die overigens geen rol speelt in het verhaal, het is gewoon om de logica aan te duiden). Harry Hart is een agent bij een geheime organisatie en leidt Gary ook op tot geheim agent, precies in het tijdperk waarin de wereld wordt bedreigd door een IT-genie met kwaadaardige bedoelingen (die overigens gespeeld wordt door Samuel L. Jackson, natuurlijk).

(meer…)

Een jaar offline – Bram van Montfoort

Geen zorgen: ik ben niet van plan mijn internetcontacten een jaar lang te laten voor wat het is (nee, zelfs niet na die radiostilte van de afgelopen drie dagen, geen grapjes over maken graag). Ondanks het gebrek aan ruimte op mijn iPhone blijven Twitter, Facebook, Instagram, WhatsApp, Messenger, Snapchat en WordPress er gewoon lekker op staan, want ik zou ze missen als ik ze niet even aan kon klikken in een vrij minuutje waarin ik moet wachten. Of als ik een foto wil delen, iets wil vragen aan iemand of gewoon een gezellig gesprek wil voeren. Het internet is behoorlijk ingeburgerd in mijn leven (want ook al hoor ik misschien wel een beetje bij de ‘nieuwe generatie’, ook ik ben gewoon opgevoed met Freddy Fish en de Lion King als enige bezigheid op de computer) en juist daarom was ik zo benieuwd naar dit boek toen ik het in de bibliotheek zag staan. Een ‘uniek journalistiek project’, zoals hij het zelf noemt, waarbij Bram van Montfoort een jaar lang volledig offline gaat. For real?

Offline

(meer…)