18 YEARS

14 mei 2017, een van de meest verwachte verjaardagen ooit. In de eennalaaste maand van mijn eerste jaar als student ben ik mijn minderjarigheid eindelijk ontgroeid en leeftijd voelt voor deze ene keer als meer dan alleen een cijfertje. Dat ik nu alcohol kan kopen of in elk geval niet meer buiten de supermarkt hoef te gaan staan als ik met iemand boodschappen doe die alcohol koopt is ronduit praktisch, dat ik uit kan gaan zonder te moeten checken of het 18+ is wel zo leuk, en dat ik nu voor het eerst sinds ik mijn rijbewijs haalde in augustus alleen mag rijden is ook nog eens een verwezenlijking van heel veel vrijheid. Eigenlijk is het bizar dat een getal blijkbaar daadwerkelijk zoveel uitmaakt en ik zou liegen als ik zou zeggen dat ik het niet af en toe heel irritant vond (niet omdat alcohol en uitgaan zo’n grote rol in mijn leven spelen, wel omdat ik als enige in mijn omgeving nog met die leeftijdsbeperking te maken had) maar dat maakt deze mijlpaal wel extra leuk.

Mijn afgelopen levensjaar was een goede, een mooie, en een bijzondere. Ik werd middenin mijn examens 17, ging daarna een paar weken full time werken, slaagde cum laude en was intens gelukkig. In de zomer kampeerde ik drie weken met mijn zus, haar vriend en mijn ouders aan de Côte d’Azur, ik was een midweek in Utrecht voor de UIT-week met drie vriendinnen, ging op ontgroening voor de studentenvereniging NSU en twee dagen op introductiekamp van mijn studievereniging. Op 5 september begon ik aan de opleiding Nederlandse Taal en Cultuur aan de Universiteit Utrecht en ruilde ik mijn kwartiertje fietsen officieel in voor zeventien minuten fietsen, 28 minuten in de trein en nog een paar minuten fietsen naar de uni. Ik werd ingedeeld bij dispuut De Admiraal, ging op dispuuts(ontgroenings)weekend en werd geïnstalleerd als lid van mijn vereniging.

Die introductiefase – en het nasluimeren ervan – was een groot deel van mijn achttiende levensjaar en maakte het dan ook een beetje tot een rommelig jaar, voor mijn gevoel. Ik vind het heerlijk als ik ergens gewoon geworteld ben, als ik me onvoorwaardelijk thuisvoel, en ik vind het een lekker idee dat ik mijn volwassenheid meer op die manier kan starten. Als ik de grote lijn van mijn leven moest schetsen aan de hand van een karakterisering van elk jaar, dan zou ik over het jaar waarin ik 17 was zeggen dat het een bruggetje was. De afgelopen 365 dagen stonden in het teken van dingen opbouwen, niet altijd helemaal vanuit het niets – er lagen mooie basissen van voorgaande jaren waar ik op voort kon bouwen – maar heel vaak ook wel. Ik voelde me al vrij snel op m’n plek op de uni, in Utrecht en in m’n dispuut en had geen zeker heimwee naar de middelbare school, maar het diepe wortelen had tijd nodig. ‘Net niet’ vind ik eigenlijk te negatief klinken, maar dat gevoel had ik soms wel een beetje: dat ik goed bezig was maar dat wat ik wilde eigenlijk nog in het verschiet lag. Ik heb niet veel getwijfeld maar wel gezocht en me soms een beetje onbestemd gevoeld.

Tegen die achtergrond speelden zich echter ook heel veel dingen af waarbij dat helemaal geen rol speelde. Na de zomer die ik hierboven al beschreef kocht ik een paar dagen voor de start van het academische jaar een agenda bij de HEMA maar ik vond al mijn colleges telkens opnieuw opschrijven zo’n gedoe en was zo blij met m’n MacBook (uberhaupt al een hoogtepuntje van dit jaar overigens) dat ik al snel overschakelde op de Apple-agenda. Als ik daar nu doorheen scroll realiseer ik me alleen maar extra hoe gelukkig ik mezelf eigenlijk mag prijzen. Weinig contacturen zorgen er ook daadwerkelijk voor dat je meer tijd en ruimte hebt om dingen (met vrienden) te doen en ik vind het megaleuk om dat ook terug te zien in mijn weken. Het maakt je flexibeler, net zoals gratis reizen, overigens. Mijn studentenov heb ik niet alleen volop gebruikt voor mijn dagelijkse reis van en naar Utrecht maar ook op de momenten dat ik gewoon zin had in een andere stad te zijn of een evenement in een andere plaats bij te wonen. Ik zag Gouda, Haarlem, Dordrecht, Maastricht en Zwolle en denk dat ik daarnaast nog een keer of zes in Amsterdam ben geweest, zowel voor concerten als voor koffiedates, last-minute Sinterklaascadeaus of slenterdagjes, en ik ben zeker van plan dat te blijven doen. Reizen zelf vind ik eigenlijk alleen maar leuk, ook als het binnen Nederland is.

Dat neemt niet weg dat ik ook nog best een beetje Rotterdam-bound ben. Niet dat ik er zo vaak kom, maar toen ik in de herfst op een zonnige zondag met Niels door Het Park fietste, productief shopte met mijn moeder als partner in spé, een ordinaire tussenstop bij de MacDonald’s op de Coolsingel maakte na de Matthäus Passion in De Doelen voor Niels en ik terugfietsten of een drankje deed met mijn zus aan de Oude Haven voelde dat ook nog altijd een beetje extra als thuiskomen. Ondanks het feit dat ik zelf nog gewoon thuiswoon, is het weekend toch vaak het moment voor ‘vrienden van thuis’. Ik had geen idee hoe makkelijk het precies zou zijn om contact te houden maar uiteindelijk ben ik toch nog best wat zaterdagavonden op de fiets gestapt om Marolise, Tom, Niels en Kevin te zien, iets wat ik superwaardevol vind. Na de examenuitslag was er het meest zorgeloze schuur-/weilandfeestje ooit, maar toen dat concept zich in maart herhaalde leek er eigenlijk weinig veranderd. Afgelopen maand belandde ik op diezelfde onveranderlijke wijze met Niels en Tom in een Rotterdams eetcafé voor we naar de verjaardag van een andere vriend gingen en ik word er heel gelukkig van dat vriendschappen zolang mee kunnen gaan. Hannah zie ik een stuk minder regelmatig, maar dat was eigenlijk altijd al zo omdat we gewoon veel minder dicht bij elkaar wonen (ook nu nog). Onze concertdates – Benjamin Francis Leftwich en John Mayer dit jaar – en zeldzame lunchdates die dan wel gelijk uren duren waardeer ik daardoor alleen maar meer.

Daarnaast leerde ik uiteraard ook heel veel nieuwe mensen kennen, vooral binnen mijn dispuut (dat zijn er zo’n vijfentwintig). Het is bijzonder om als nieuweling een vriendengroep binnen te komen, omdat het een feit is dat je een gebrek aan voorkennis hebt en een hoop gedeelde herinneringen mist. Ik ben lang niet zo actief geweest als mogelijk is, maar met een wekelijkse donderdagavond als minimale basis heb ik een heleboel opgebouwd waar ik heel dankbaar voor ben. Vooral nu, aan het eind van het jaar, heb ik steeds meer het idee dat ik echt mijn plek heb ingenomen en gekend word. Ik word omringd door vrouwen die onwijs lief, leuk en geïnteresseerd zijn en mannen die overal graag een grapje van maken maar vol goede bedoelingen zitten en niet bang zijn om die te tonen. Ik vraag ouderejaars graag de hemd van het lijf over bepaalde onderwerpen maar heb tegelijkertijd een bijzondere band met Maartje, Judith, Rosanne, Dennis en Martijn, mijn lichtingsgenootjes. Aan de ene kant voel ik me uitgedaagd om me te ontwikkelen, maar aan de andere kant word ik ook aangemoedigd om mezelf te blijven, met mijn eigen passies en principes.

Eén van die passies kon ik overigens perfect kwijt op mijn studie en ik kan er nog steeds niet over uit hoe tof dat is. Niet alle vakken vind ik even leuk, soms is het druk of oninteressant of ben ik er gewoon even klaar mee, maar over het algemeen ben ik heel enthousiast over mijn studie. Ik heb al mijn vakken met een 7 of een 8 gehaald en stond vooral als ik essays moest schrijven verbaasd over hoe ‘echt’ dat er eigenlijk uit zag. Mijn studie was bovendien de reden waarom ik naar Utrecht ging, een van de beste keuzes ooit. De eerste twee maanden dat ik studeerde heb ik elke minuut die ik door Utrecht fietste gedachtes in mijn hoofd gehad over hoe fantastisch de stad was waar ik nu gewoon dagelijks kwam. De nieuwigheid is er intussen af, maar ik geniet nog steeds zwaar, ook niet in de laatste plaats van de Drift en de Universiteitsgebouwen zelf die zó mooi zijn. Mijn studiejaar zit vol met leuke mensen (hoewel het er eigenlijk maar een stuk of 45 totaal zijn) en ik raakte goed bevriend met Nienke, eigenlijk sinds het moment op het feestje na het noviciaat waarop ik haar aansprak omdat ik via via had gehoord dat zij ook eerstejaars was bij NSU en Nederlandse Taal en Cultuur. Uiteindelijk bleek dat we elkaar zelfs allang hadden gezien op de matchingsdag, overigens, en ook nog eens dicht bij elkaar woonden waardoor we samen treinden tot zij een kamer vond. Hoewel we onze vriendschap dus bijna onbewust inrolden bleek het ook echt goed te klikken, goed genoeg zelfs om vier uur in een trein te zitten en zes uur op een bevrijdingsfestival in Groningen te zijn en dan alsnog niet uitgepraat raken, het niet oneens zijn en niet niet om elkaar te kunnen lachen. Best friends make the world a whole lot better.

Nu we het toch over waardevolle mensen hebben: mijn zus ging in januari uit huis en hoewel ik had verwacht dat het een beetje stil zou zijn, vind ik het eigenlijk ook wel lekker om ‘enigskind’ te zijn. Mijn ouders zijn topmensen die ik af en toe heus een beetje zat ben maar waar ik vooral ongelooflijk veel mee kan lachen. Bovendien ben ik zelf ook niet meer altijd zoveel thuis en vind ik het heerlijk om het huis dan even voor me alleen te hebben, of eigenlijk voor mezelf + twee katten. Ik houd van die beesten, hoe ze me opzoeken als ik moet leren of me gewoon laten genieten van hun sunbathing momentjes of ongelooflijk aan het lachen maken door een of andere stomme actie, dus ik moet ze hier eigenlijk wel gewoon noemen. Fun fact: die kattenliefde is ondertussen zelfs overgeslagen op Niels (!). Niels en ik zijn nog steeds heel goed bevriend en hoewel we het nu ook allebei druk hebben met andere dingen kan ik me toch geen twee weken herinneren waarin we elkaar uiteindelijk niet ergens gezien hebben. Ik moet aan nieuwe mensen nog steeds vaak uitleggen dat we écht niet aan het daten zijn, ze reageren vervolgens vaak heel gefascineerd dat een vriendschap tussen een jongen en een meisje die in theorie op elkaar zouden kunnen vallen zo goed kan werken, but it does. En nog lang, als het aan mij ligt.

Mijn jaar als zeventienjarige is er in essentie een om dankbaar voor te zijn. Dat is iets wat ik in de wintermaanden misschien minder volmondig kon beamen, maar nu graag gezegd wil hebben. En nu ben ik 18, een leeftijd die ik oprecht toch wel een beetje speciaal vind. Opnieuw geen jaar waarin er weinig zal veranderen, want ik verhuis als het goed is deze zomer nog naar Utrecht (yes really!). Ik hoop daar nog dieper te kunnen wortelen, mijn studie met heel veel plezier te blijven volgen en me verder te ontwikkelen. Ik hoop de tijd die ik eerst verreiste in mijn blog en fotografie en andere kunstprojectjes te kunnen steken. Ik hoop op nieuwe vriendschappen maar ook op verdiepen van vriendschappen en ik hoop leuke, mooie reizen te maken om nog iets meer van de wereld te zien.

Deze blogpost is absoluut te lang, maar ik denk dat het goed is dat ‘ie geschreven is. Keepin’ up the tradition of sundowns bij mijn verjaardagsblogjes (20162015) overigens, en dit was dus gewoon in Nederland hè (afgelopen 29 april). Het leven is vaak genoeg gewoon heel mooi.

LOVE!
Hester

8 reacties

  1. Hier ook van harte gefeliciteerd met je verjaardag! :)
    Begrijpelijk dat je toch een kamer gaat zoeken – en hopelijk snel vinden! – in Utrecht, dat gaat je veel tijd schelen zeg! Fijn dat je nu zo geaard bent en het zo leuk hebt :)

  2. Van harte gefeliciteerd! Mooi geschreven weer, volgens mij is het nu allemaal best wel heel erg bijzonder en fijn voor je dus geniet er lekker van :)

  3. Gefeliciteerd!
    Ontzettend fijn om te lezen dat je nog zo goed bevriend bent met je vrienden van de middelbare school. Ik ben nu bezig met mijn scriptie en gedurende de jaren zijn wij toch heel erg uit elkaar gegroeid. We spreken elkaar eigenlijk helemaal niet meer, wat ik ontzettend jammer vind. Ik heb er eerst nog energie in gestoken maar kreeg die energie niet terug dus maar besloten om het los te laten. Gelukkig heb ik wel andere mooie vriendschappen opgebouwd!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *