Het luisterende oor

Vriendschappen zijn niet alleen leuk omdat ze zorgen voor veel meer lol en gezelligheid, goede gesprekken en het benodigde advies af en toe, het is ook de manier om mensen te leren kennen. Nogal logisch: als je veel tijd met iemand doorbrengt of (bijna) dagelijks met iemand praat, leer je vanzelf veel over iemand. Er is echter nog iemand waar ik door middel van (vooral) vriendschappen veel over heb geleerd… En dat ben ikzelf. Want hoe verschillend mijn vrienden ook zijn, toch zit er in alle vriendschappen wel een soort overeenkomst en dat zal dan wel iets met mij te maken hebben, bedacht ik me pas. Dit bleef nog een tijdje rondhangen in mijn hoofd, tot er opeens een lampje bij me ging branden.

Eigenlijk hielp dit ‘9 Things Good Listeners Do Differently’-artikel van Huffingtonpost, dat Annemerel deelde op haar blog, daar vooral aan mee. Hierin werden dus inderdaad negen dingen gedeeld die goede luisteraars anders doen dan anderen, met op één dat ze aanwezig zijn in gesprekken. Goede luistenaars focussen zich op het gesprek dat ze voeren en op de persoon waarmee ze dat doen en zorgen ervoor dat de ander het idee krijgt dat ze ook echt oprecht geïnteresseerd is – want dat praat uiteindelijk wel het lekkerste. Ze proberen zich dan ook in te leven in de persoon waarmee ze praten, maar tegelijkertijd zijn ze zich bewust van hun tekortkomingen: dat ze soms belangrijke informatie missen in een gesprek of iemand niet goed begrijpen. Dat gebeurt, maar je kan veel beter een gesprek voeren als je het gewoon accepteert. En ze zijn open-minded. Goede luisteraars veroordelen iemand niet gelijk, maar staan open voor veel nieuwe dingen.

Luisteren

Daarnaast hebben ze vaak een hoog EQ (je IQ, maar dan voor emotionele intelligentie). Dat betekent dat ze emoties goed aanvoelen in een gesprek en niet alleen bezig zijn met ‘wat ga ik zo meteen zeggen’, maar ook echt met hun hoofd bij het gesprek zelf zijn. En ze stellen vragen. Luisteren is niet alleen maar ‘hm, ja, mooi, fijn, next’; zelfs als je luistert, kun je nog actief deelnemen aan het gesprek. Iemand vertelt misschien niet direct alles wat je wilt weten, en dus kun je af en toe heel goed een vraag stellen. Dat geeft je gesprekspartner bovendien ook het idee dat je betrokken bent bij het gesprek, dat je oplet, dat je over dingen nadenkt en zelf meer wilt weten. Punt zeven was dat goede luisteraars niet in de verdediging schieten als iemand iets tegen ze zegt. Kritiek is bijvoorbeeld nooit leuk om te krijgen, maar dat betekent niet dat je iemand na drie zinnen al in de rede hoeft te vallen. Ook al is het niet leuk, hij of zij kan misschien wel wat zinnigs zeggen. Een goede luisteraar hoort het eerst aan en probeert zich ondertussen in de kritiek te verplaatsen en neemt daarna even de tijd voordat hij of zij antwoordt.

Nog een leuke – en een herkenbare -… Goede luisteraars hebben geen problemen met oncomfortabele gesprekken. Als je een goed of moeilijk gesprek voert, dan kan het wel eens lastig worden omdat je het niet eens bent met mensen of omdat het een gevoelig onderwerp is. Misschien dat het even stil valt, dat de emoties hoog oplopen of dat er gewoon iets ongemakkelijks gezegd wordt (er zijn lekkerdere openingszinnen dan bijvoorbeeld ‘ik vind het vervelend dat je altijd zo jaloers bent’, right?). Maar dat gesprek voer je niet voor niets, en natuurlijk zit je misschien even met kromme tenen of weet je gewoon niet meer wat je moet zeggen, maar daar kom je wel overheen. En last but not least: goede luisteraars zijn vaak goede leiders. Uiteindelijk luisteren goede leiders namelijk meer dan dat ze spreken, want ze hebben oog voor de situatie van de mensen aan wie ze leiding geven en hun oren staan altijd open om nieuwe ideeën op te vangen.

Luisteren_1

Ik vond het een razend interessant artikel, vooral omdat ik bij bijna alles hard ja zat te knikken. Dit was precies wat ik de laatste tijd had opgemerkt bij mezelf: ik ben het luisterende oor. Eerst had ik bij ‘luisteren’ vooral de associatie ‘stil zijn’, maar ik realiseerde me nu dat een luisterend oor iets heel anders is dan een praatpaal. Ik voer inderdaad vaak gesprekken met mensen waarbij zij ‘aan het woord’ zijn, omdat zij iets te vertellen hebben, maar in dat soort gesprekken ben ik als luisteraar net zo aanwezig. Juist door vragen te stellen, de juiste luisterhouding aan te nemen en je goed in iemand in te leven, praten mensen door: als je als praatpaal zou fungeren, zou diegene zich nooit aangemoedigd voelen om door te praten. Luisteren is in een gesprek dus écht net zo belangrijk als praten.

Waarom ik dan vaak de persoon ben die luistert in plaats van zelf een verhaal te houden, weet ik eigenlijk niet precies. Ik denk dat het sowieso iets is dat in je moet zitten: ik vind het niet erg om open te zijn over mijn eigen dingen, of om de aandacht op me gevestigd te hebben, maar ik ben vaak ook al heel erg snel geïnteresseerd in de diepere laag van mensen. Omdat ik niet geloof dat iemand alleen maar de ‘buitenkant’ en de leuke, oppervlakkige dingen is. Ik vraag dus al snel door naar iemands gevoelens (want even eerlijk, vaak gaan dat soort gesprekken over problemen of in elk geval persoonlijke dingen), en tijdens zo’n gesprek blijf ik dan ook vragen stellen. En misschien komt het ook omdat ik zelf niet zo vaak ‘ergens mee zit’. Het is echt niet alsof mijn vrienden allemaal problemen hebben, maar iedereen heeft dus wel die diepere laag waar wat over te zeggen valt en die heb ik ook, maar dat is gewoon redelijk stabiel. En dus niet echt een onderwerp van gesprek.

Ik denk dat dat wel een beetje een risico is voor een luisterend oor: dat je soms vergeet over je eigen dingen te praten met iemand, omdat je het gewend bent de luisteraar te zijn. ‘De rollen omdraaien’ voelt dan soms best raar, maar als het goed is luisteren de mensen naar wie jij vaak luistert ook naar jou. Bovendien vertel ik in goede gesprekken als luisteraar soms ook over mijn eigen ervaringen op dat gebied, en dat maakt dat je ook je ei wel kwijt kan. Het enige wat je dan nog rest om niét te doen als super geïnteresseerde luisteraar is je vrienden als studie-object zien. Maar ik moet eerlijk toegeven… Misschien ben ik wel zo graag de luisteraar omdat ik op die manier véel meer leer dan wanneer ik zelf zou praten.

Ben jij een goede luisteraar?

8 reacties

  1. Je legt het precies uit zoals het is denk ik. Ik ben denk ik wat makkelijker in het wisselen van die rollen; ik heb de laatste jaren geleerd om meer te luisteren als een echte luisteraar – dus niet alleen ‘aanhoren’ en af en toe hummen of ja zeggen, zoals je zelf ook beschrijft – en dus ook echt actief deel te nemen aan het gesprek. Eén op één vind ik dit nog steeds het fijnste. En inderdaad, je leert ontzettend veel over jezelf! Je kan je ervaringen delen en tegelijk iemand anders helpen of inspireren of iets leren (of wat dan op dat moment ook nodig is voor die ander) en dat eventueel ook terug krijgen waar nodig.
    Met de ene persoon heb ik dit meer dan met de andere, dan is de ander soms gewoon een betere luisteraar en ben ik meer de prater. Ik was vroeger sowieso meer een prater en nu meer een denker/luisteraar; ik word er beter in om te luisteren voor ik mijn oordeel klaar heb.

    1. Ja, het verschilt inderdaad ook nog per persoon en het ligt ook aan de situaties van beide personen, denk ik. Ik kwam pas trouwens de quote ‘We don’t listen to understand, we listen to reply’ tegen en die vond ik zo waar; we luisteren alleen maar op zoek naar iets waarmee we kunnen antwoorden, maar eigenlijk is luisteren er juist voor bedoeld dat je je op de ander in plaats van op jezelf focust.

  2. Wat een goed artikel! Heel herkenbaar ook, ik neem ook vaak een luisterhouding aan haha. Maar wel door gewoon deel te nemen aan het gesprek natuurlijk. De laatste zin vind ik ook een goeie, je leert eigenlijk veel meer dan als je altijd zelf zou praten!
    X Emma

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *